Sinds maandag 16 mei 2016 heeft Amsterdam er een nieuw museum bij: Het Nationaal Holocaust Museum.
Het museum is gevestigd in het voormalige pand van de Hervormde Kweekschool aan de Plantage Middenlaan in Amsterdam. Op deze plek hebben diverse verzetsgroepen met behulp van de school ruim 600 kinderen in veiligheid weten te brengen. Hun ouders verbleven aan de overzijde van de straat in de Hollandse Schouwburg om gedeporteerd te worden naar Duitsland.
De eerste tentoonstelling van het Nationaal Holocaust Museum is De ondergang van Abraham Reiss . Het gaat over de grootvader van Jeroen Krabbé; Abraham Reiss.
Abraham Reiss werd geboren in Amsterdam en ging als dertienjarige in de leer als diamantklover.
Hij maakte fortuin door zijn eigen ruwe diamant te kopen, te kloven en die te verkopen. Hij trouwde met Kaatje Bon en kreeg twee dochters Greet en Els. Na 1929 verloor Reiss al zijn bezit als gevolg van de economische crisis en verhuisde naar de Jekerstraat in Amsterdam. Op die plek is hij op 5 juli 1943 weggevoerd naar Sorbibor en bij aankomst op 9 juli 1945 vermoord.
Negen schilderijen in een tentoonstelling.
De tentoonstelling laat de laatste vijf dagen voor de dood van Reiss zien in negen schilderijen. Aanvankelijk had Krabbé de gedachte om zes schilderijen te maken. In 2010 werkte hij ruim drie maanden aan de kunstwerken die gebaseerd zijn op foto’s, brieven, geschiedenis en boeken over de Holocaust en Sorbibor. In deze recensie laat ik maar eén schilderij zien. Dit is de eerste schilderij aan het begin van de tentoonstelling. Toen alles nog vredig was.
De laatste krant die Kaatje heeft gelezen was het Algemeen Handelsblad waarin stond dat vanaf 2 mei 1942 alle joden verplicht waren om een Jodenster te dragen.
Greet, bewaarde de krant en gaf de oorlog en het bericht dat het dragen van een Jodenster de schuld was voor het overlijden van haar moeder. De datum waarop Kaatje overleed was 29 april 1942, net als de verschijningsdatum van de krant. Hier werd ik even stil van.
Vanaf 1941 moesten joden aangeven hoeveel joodse grootouders hij of zij had. Na die registratie kreeg je een gele kaart.
Dit is de kaart van Jeroen Krabbé. Hij heeft als registratie G1 staan, hetgeen betekent dat hij een kind uit een gemengd huwelijk met twee joodse grootouders heeft.
Tot slot het schilderij. Hier zie je Abraham Reis zitten in het Spanderswoud. Dit moet ongeveer in 1904 zijn geweest.
Het schilderij is een kopie van een originele foto. De foto kon ik door het glas niet goed fotografen, maar ik wil het toch laten zien.
Ik vond het een mooie, aangrijpende tentoonstelling.
De schilderijen zijn in chronologische volgorde tentoongesteld waardoor je het verhaal van Reiss kunt beleven. Tijdens het schrijven krijg ik opnieuw een brok in mijn keel. De expositie toont de nare Holocaust geschiedenis. Ik zie ook een deels verwerking van familiegeschiedenis van Krabbé
De tentoonstelling Jeroen Krabbé – De ondergangv an Abraham Reiss is te zien tot en met 2 oktober 2016.
Voor meer info kiek hier!
De foto’s waarop Krabbé te zien is in zijn atelier zijn gemaakt door Hans de Bruijn.
Liefs en een goed weekend,
Sandra
