Vanwege het landelijk beleid met betrekking tot het coronavirus sloten vele musea hun deuren voor het publiek tot 1 juni 2020. Sommige musea zoals het Tassenmuseum zijn definitief gesloten als gevolg van de coronacrisis.
Een spontaan museumbezoek is nog bij lange niet mogelijk. Je moet nu (ruim) van te voren tickets reserveren en een tijdslot kiezen. Daarnaast dien je de looproutes te volgen en 1,5 meter afstand te houden.
Gezien het feit dat een museumbezoek niet meer spontaan bezocht kan worden moest ik goed nadenken over welk museum ik wilde gaan bezoeken. Er kwam maar één museum in mijn brein opdoemen: Museum Tot Zover!
Toen ik de site van het museum bezocht wist ik helemaal zeker dat ik de tentoonstelling Eat Love Die van Roos van Geffen (1975) wilde zien. Het gaat namelijk over vergankelijkheid, sensualiteit en de dood. Precies de thema’s waar ik midden in zit.
De kunstwerken die te zien zijn (in de vorm van fotografie, video en installatie) zijn ontstaan na het overlijden van haar vader.
Eat Love Die heb ik gisterenmiddag gezien. De volgende zin heb ik al heel lang niet meer gebruikt: ”Ik ben eindelijk weer eens verliefd op een tentoonstelling”. Ik ben verliefd op EAT LOVE DIE!
Vandaag nemen we een duik in de kunstgeschiedenis. Ga je mee kunstkieken?
De vader van Van Geffen hield van fotografie en verzamelde fotoboeken; zijn collectie telde er meer dan duizend.
Van Geffen besloot ze in eerste instantie te verkopen. Want wat moest ze ermee? Totdat ze stuitte op een quote “Fotografie is het inventariseren van de sterfelijkheid” van Susan Sontag. Dat resulteerde in de installatie Media Vita (2019-2020)
Media Vita bestaat uit 77 fotoboeken. De foto’s die er te zien zijn nemen je mee in een universeel verhaal over het leven. Het leven dat begint bij geboorte en eindigt met de dood.
Al wandelend langs de opengeslagen fotoboeken kom ik, als het ware, het leven tussen geboorte en de dood tegen. Kijkend naar de foto’s besef ik dat ik mezelf tegen kom: als kind, als partner, als ouder, als geliefde, als vriendin, als zus en alle rollen die ik daarnaast nog heb.
Het mooist aan Media Vita is dat je langs de geschiedenis van de zwart-wit fotografie loopt. Zo kwam ik foto’s tegen van Robert Mapplethorpe, Peter Lindbergh, Ernst Haas, Georgia O’keeffe.
Bij sommige fotoboeken hoor je gefluister. In Media Vita zitten 20 microfoons met mediaplayers ‘verstopt’. Je hoort een stem die een quote over fotografie voordraagt van de fotograaf uit het boek. Knap bedacht!
In dezelfde ruimte is de zwart-witfilm (zonder geluid) SMILE (2012) te zien.
Drie gezichten kijken je aan waarna de mondhoeken krullen en een kleine glimlach tevoorschijn komt. Wat er daarna komt moet je zelf gaan bekijken. Ik moest erom lachen!
Als je als kunstenaar handen (met een goede weergave van de spieren, pezen, aders) goed kan nabootsen (schilderen en/of tekenen) dan ben je een ware artiest!
Handen zijn altijd een geliefd onderwerp van kunstenaars. Van Geffen filmde een maand lang de hand van haar stervende vader. Zijn hand is te zien in de installatie De Laatste Maand (2020). De beelden daarvan zijn chronologisch.
“Eigenlijk is dit werk ontstaan vanuit de angst om mijn eigen kind te verliezen” lees ik bij het werk Drifting Time (2019).
Ik ken het gevoel, als een ouder, maar al te goed. Er is een tijd geweest dat ik een paar keer per nacht controleerde of mijn kinderen, terwijl ze sliepen, ademde. Ik was als de dood om hen te verliezen.
Het werk doet ook denken aan een van de beroemdste werken van het Tate Museum in Londen: Ophelia van John Everett Millais.
Het schilderij werd in zijn tijd beschouwd als een van de nauwkeurigste en meest uitgebreide studies van de natuur ooit gemaakt. Zie jij de gelijkenissen? Met de regendruppels wordt het effect a la John Everett Millais nog mooier!
In 2017 heb ik in het Rijksmuseum een overzichtstentoonstelling van Matthijs Maris (1839 -1917) gezien.
Maris schilderde voornamelijk vrouwen, die hij wazig/korrelig portretteerde. De fotoserie Onscherpe dagen (2018) is geïnspireerd op de schilderijen van Maris. Zoals je titel doet vermoeden zijn de foto’s onscherp. Je voelt dat er een persoon achter de waas schuilt maar zijn mimiek zie je niet.
Eén van de foto’s uit de fotoserie is gebruikt als campagnebeeld. De titel verwijst naar de drieluik EAT LOVE DIE (2020).
In de drieluik (met kerstenhouten lijsten) staat de kers centraal. De kers staat als vrouwelijk symbool van leven, van seks en de eeuwige wederkeer.
Roos van Geffen
Bij het zien van de drieluik moest ik meteen denken aan Audrey Horne uit de serie Twin Peaks die een een steeltje van een kers (binnensmonds met de tong) tot een “acht” knoopt. Dat vond en vind ik nog steeds sensueel!
EAT LOVE DIE is een tentoonstelling over menselijke emoties die samen soms het leven breken, deze tekenen (soms voorgoed) en ook weer lijmen én weer maken.
In eerste instantie dacht ik dat de tentoonstelling een ode zou zijn aan de overleden vader van Van Geffen en haar verdriet. Maar dat is totaal niet zo.
De expositie is gewoon een hele mooie krachtige, goed bedachte tentoonstelling. Zo staat (kijk maar eens goed op de foto’s) alle werken staan met elkaar in verbinding. Ik bedoel hiermee ook de omgeving van Museum Tot Zover.
EAT LOVE DIE opent vandaag haar deuren voor publiek. Reserveren is verplicht en kan via de site van het museum: Tot Zover.nl Goed om te weten: er kan ook last-minute een ticket worden gereserveerd als er genoeg plaatsen zijn.
EAT LOVE DIE is verlengd tot en met 15 november 2020.
Bedankt Museum Tot Zover dat ik mocht langskomen. Roos bedankt voor ons mooie gesprek in de zon! Ik wens je veel goeds toe en ik zal je volgen!
Fijne avond,
Liefs, Sandra